Na haar uren als stafmedewerker aan het Expertisecentrum Onderwijs aan de Faculteit Geneeskunde van KU Leuven, ontwerpt en maakt Lotte Cools kostuums voor allerlei theatergezelschappen. Niet zomaar kostuums, want waar ze kan, werkt ze op basis van reststoffen en tweedehandsmaterialen om unieke stukken te creëeren.

Hoe ben je ertoe gekomen om met reststoffen te werken?

“Die reflex zit er een beetje ingebakken. Ik koop bijvoorbeeld zelf zoveel mogelijk tweedehandskleding en -materialen. Het is dus niet meer dan logisch dat dit ook terugkeert in mijn creaties. Het idee om circulair te ontwerpen is langzaam gegroeid, maar kreeg voor het eerst vorm tijdens een ontwerpopdracht voor een Brugse musicalvereniging. Er is bij zo een productie altijd heel veel materiaal nodig om voor iedereen een kostuum te maken. Ik begon me eraan te storen dat ik vaak teruggreep naar aankoop van nieuwe kleding of stoffen. Ik vond dat het beter kon en ging op zoek naar andere manieren om aan mijn materialen te komen. Zo ging de bal aan het rollen.”

Ga je enkel circulair te werk?

Lotte Cools: “Het is niet altijd mogelijk om 100% circulair te werken. Bij het ene project lukt dat al beter dan bij het andere. Maar ik probeer het zoveel mogelijk toe te passen in alles wat ik doe. Ik hoop dat ik er in de toekomst nóg meer kan op inzetten.

Mijn ultieme doel is om me uiteindelijk echt te profileren als een circulaire ondernemer.

Het zou leuk zijn mochten de mensen bij mij aankloppen omdat ze weten dat ik zo te werk ga. Ik probeer het concept zoveel mogelijk te promoten. Onlangs heb ik bijvoorbeeld deelgenomen aan Restafette, een initiatief van Handmade in Brugge. Ik gaf er een workshop waarbij we met restmaterialen van een stoffeerster werkten. Door zulke initiatieven leren de mensen het concept kennen. Door die workshop te geven, vond ik plots nieuwe inspiratie een kostuumontwerp en -uitvoering voor een theatergezelschap. Dat is het leuke eraan: je kan je als ontwerpster laten inspireren door wat je in je handen krijgt. Dat maakt het heel uitdagend op creatief vlak.”

Ga je circulair te werk uit liefde voor de planeet?

Lotte Cools: “Dat is inderdaad een belangrijke drijfveer. Fast fashion is heel vervuilend en er is zoveel materiaal ter beschikking dat je kan hergebruiken. Ik vind het ontzettend belangrijk om daar zoveel mogelijk rekening mee te houden. Alle beetjes helpen. Ik hoop dat ik door mijn manier van werken een beetje bewustwording kan creëren. Misschien denken de mensen in het vervolg eerst even na voor ze een kledingstuk weggooien en vragen ze zich eerst af of ze er nog iets mee kunnen aanvangen.”

Waar haal je de materialen waarmee je werkt?

Lotte Cools: “Dat varieert. Veel spullen die ik gebruik, komen uit de tweedehandswinkel. Als ik specifieke zaken nodig heb, lanceer ik soms een oproep via Facebook. Als ik workshops geef, houd ik de reststoffen en zelfs het restgaren bij. Soms blijft er stof over van een vroegere productie die ik opnieuw kan gebruiken, enzovoort. Veel hangt af van het project in kwestie, want elk project heeft een specifieke invulling. Ik hoop in de toekomst voor mijn input te kunnen samenwerken met bijvoorbeeld een textielfabriek of een stoffeerder die me hun restjes bezorgen. Dat zou interessant zijn, want dan wordt mijn toevoer constanter. Ik ben natuurlijk maar een kleine vis en mijn productie is vooralsnog beperkt, maar ik denk wel na over dat soort partnerschappen.”

Krijg je respons op je circulaire aanpak?

Lotte Cools: “De theatergezelschappen vinden het positief dat hun oude kostuums hergebruikt worden. Al was het maar uit financiële redenen, want het is natuurlijk mooi meegenomen dat ze die dure pakken niet op zolder hoeven te leggen. Maar ook los daarvan zijn ze wel te vinden voor het idee. Ook in de brede maatschappij merk je dat er steeds meer aandacht komt voor duurzaamheid. Maar er kan nog veel meer gebeuren.”

Als je met restjes werkt, is de aankoop van je materialen wellicht goedkoper dan bij nieuwe stoffen. Zijn er nog andere ‘zakelijke’ voordelen?

Lotte Cools: “Ik wil dat toch een beetje nuanceren. Fast fashion is de dag van vandaag zo goedkoop dat het bijna duurder uitvalt om tweedehandskleding te kopen. Daardoor grijpen mensen er ook sneller naar terug, ook al is het kwalitatief vaak minder goed dan tweedehandskleding.

Door circulair te werken en oude kleding te upcyclen, creëer je een uniek stuk met kwaliteit.

Ik vind ook dat veel gebruikte materialen een soort eigenheid uitstralen. Dat kan een theatervoorstelling extra pigment geven.”

Je maakte ook al gebruik van het aanbod van Circular Hub Brugge. Kan je daar iets meer over vertellen?

Lotte Cools: “Ik leerde het platform kennen via Handmade in Brugge. Zij brachten me op de hoogte van een aantal sessies die de hub organiseerde en dat leek me wel wat. Ik heb die workshops gevolgd en heb er heel wat opgestoken over circulair ondernemen. Door die lessen werd ik me er ook van bewust dat ik circulair bezig was, want daarvoor besefte ik dat eigenlijk niet. (lacht) Tijdens de sessies leerde ik ook de ondernemers kennen die deelnamen aan het Kickstartprogramma. Dat waren dikwijls mensen die hun manier van werken fundamenteel omgooiden vanuit circulair oogpunt. Het was heel inspirerend om te zien hoe zij dat aanpakten. Het gaf me heel wat ideeën en zette me ertoe aan om nog meer op circulariteit in te zetten. Ik leerde er ook dat je niet op je eentje circulair kan werken, maar dat het juist is door connecties te leggen met andere makers en bedrijven dat je iets kan realiseren. Ik denk dat er dankzij Circular Hub Brugge heel wat interessante samenwerkingen tot stand zijn gekomen op die manier.”

Meer weten? Alle info vind je op deze website.